Van 21 januari tot 30 april 2022 bevind ik me in D.C. voor een voltijdse stage in combinatie met enkele (avond)cursussen en verblijf ik samen met allemaal (internationale) studenten in ‘The Washington Center’. In deze blogserie neem ik je mee door alle ups en downs en vertel ik je ongefilterd hoe het gaat hier in de Amerikaanse hoofdstad.
De eerste dagen in D.C.
Het is een heel lang proces geweest om in Washington D.C. te geraken voor mijn stage (dat lees je in deze blogpost) en naarmate de tijd vordert ga je je toch afvragen of dat het allemaal waard was. In België was ik daar nog van overtuigd, maar bij aankomst in D.C. werd de twijfel tijdens die eerste dagen toch groter…
Vrijdag 21 januari 2022 (dag 1)
Maanden leefde ik er naartoe om eindelijk in Washington D.C. stage te lopen en er 100 dagen te gaan leven. Het is zo een lang proces geweest dat al twee jaar zo aanwezig is geweest in mijn leven, dat het gewoon in orde moest komen en ik daar ook naar uitkeek. Maar bij aankomst voelde ik me jammer genoeg teleurgesteld. Alles bleek toch anders te zijn dan verwacht. En zeker de omgeving waarin ik zou wonen de komende maanden, voelde allesbehalve comfortabel aan.
Natuurlijk speelde de vermoeidheid daarin een rol. Je gaat alles immers nog negatiever zien. Voor mijn vertrek was er in België heel wat administratie in orde te brengen om naar D.C. te kunnen komen en dat samen met examens begin januari en het volgen van een heel nieuwe richting na Journalistiek, maakte het een zware en uitputtende periode. Toen ik op de luchthaven vrijdagochtend afscheid nam van mijn mama (een hartverscheurend moment) en naar mijn nieuwe uitdaging vloog, hoopte ik dat alles zodra ik aankwam goed zou voelen. Alsof het de kers op de taart zou zijn van al dat harde werk. Maar dat was het niet.
Bij aankomst in The Washington Center voelde ik een donkere wolk boven me hangen. Waar is dat mooie appartement van op de foto’s die online stonden?
De controles op de luchthaven in Zaventem, de reis van 8,5 uur en de aankomst op de luchthaven in D.C. gingen wel heel vlot. Maar bij aankomst in The Washington Center, de residentie waarin alle – internationale – studenten verblijven terwijl ze stage lopen – voelde ik een donkere wolk boven me hangen. Door corona was er niet echt een verwelkoming. Je kreeg je sleutel en ging naar je kamer. Daar aangekomen bleek het geen appartement te zijn waar je meteen kan intrekken en je thuis kan voelen. Waar is dat mooie appartement van op de foto’s die online stonden? Het appartement lijkt maanden niet bewoond noch opgeruimd te zijn dus van aangenaam ‘thuis komen’ na zo’n lange vermoeiende reis was hier absoluut geen sprake. En aangezien de vermoeidheid te groot is om nog te gaan winkelen om alles wat aangenamer te maken, moet ik me voorlopig neerleggen bij de situatie.
Waar ben ik aan begonnen?
De online verwelkomingssessie die ik die avond verplicht moet volgen, brengt ook nog wat verrassingen: de computerzaal is gesloten wegens corona dus de cursussen die TWC zelf geeft en die tot eind februari al sowieso digitaal doorgaan, zullen allemaal aan een kleine keukentafel gevolgd moeten worden. Hoewel deze residentie elk semester studenten ontvangt, zijn er geen bureaus in de kamers. Wat als mijn drie kotgenoten en ik allemaal op hetzelfde moment ruimte nodig hebben, vraag ik me af…
Verder is er opnieuw een verplichte PCR-test begin februari. De boosterprik was nodig om hier te mogen verblijven dus je zou denken dat je safe bent, maar testen moet blijkbaar ook nog regelmatig gebeuren. Al gaven ze totaal geen uitleg over waar we hiervoor terecht zouden kunnen. Het gevoel is: trek je plan maar. Voor de rest sommen ze tijdens de infosessie nog allemaal zaken op waarvoor je uit deze residentie kan gezet worden… Niet meteen een hartelijk onthaal dus. Waar ben ik aan begonnen vraag ik me af.
Ik ga dan maar slapen, maar het bed lijkt recht uit een hostel te komen. Het is een plastieken matras zoals je ze in een hostel vindt en er zitten vlekken op. Ik leg mijn lakens er maar op zonder al te veel na te denken en hoop dat het gevoel morgen – na een goede nachtrust – beter wordt.
Zaterdag 22 januari 2022 (dag 2)
Ik had gehoopt op een goede nacht, maar werd al om 3u wakker met het gevoel dat het ochtend was. En dat na 20u op te zijn de dag voordien… Washington D.C. zit 6u achter op België en ik heb het gevoel dat ik nog op Belgische tijd leef. Bij het opstaan, kwam er ook een andere verrassing… Geen wifi meer. Na van alles te proberen om toch te connecteren, bleek een paar uur later – toen mijn drie housemates die ik de dag voordien al kort had ontmoet – ook wakker waren dat iedereen in ons appartement hetzelfde probleem had. Ik ging dit melden aan het onthaal op het gelijkvloers, maar daar zeiden ze dat we zelf maar contact moesten opnemen met de provider. Het begin van heel wat mails en telefoongesprekken…
Je verwacht dat alles gewoon werkt wanneer je in je appartement komt en je niet allerlei problemen moet oplossen om mee te beginnen
Ik snap dat we zelf verantwoordelijk zijn voor wat er in ons appartement gebeurt, het is geen hotel, maar op de allereerste dag verwacht je toch een beetje hulp. Zeker als je weet dat we hier wel in een vreemd land zitten waar je nog allesbehalve ingeburgerd bent. Je verwacht daarbij ook dat alles gewoon werkt wanneer je in je appartement komt en je niet allerlei problemen moet oplossen om mee te beginnen. Er kwamen ook nog andere zaken aan het licht. De stofzuiger zat volledig vol, dus om die überhaupt te kunnen gebruiken moest ik eerst het stof van de vorige bewoners eruit halen. In de afstandsbediening van de televisie zaten geen batterijen, maar goed die konden we toch niet gebruiken want die werkt op wifi…
Ik ging wel alvast naar het onthaal om batterijen te vragen, maar daar werd gezegd: ’tja daar kunnen wij niet aan doen, je zal er zelf moeten gaan kopen’. Ik heb gezegd dat voor een programma dat bijna 14.000 dollar kost je wel verwacht dat alles waarvan gezegd wordt dat het is voorzien op zijn minst aanwezig is als je aankomt. Ze is daarna dan toch batterijen gaan halen… Gelukkig ben ik toch niet op mijn mond gevallen en kan ik voor mezelf opkomen wanneer het nodig is.
Goed dat dit avontuur een jaartje uitstel heeft gekregen door corona
Ik besef wel dat het goed is dat dit avontuur een jaartje uitstel heeft gekregen door corona. Nu sta ik sterker in mijn schoenen dan vorig jaar en ik denk niet dat ik het toen zou aangekund hebben als ik zie hoe ik me tot nu toe voel. Ik zit nu al op het randje van instorten, dus vorig jaar zou dat al gebeurd zijn denk ik.
Aangezien de wifi niet werkt, ga ik maar zoveel mogelijk naar buiten. Ik ga eerst naar de winkel om de grootste inkopen te doen. Lees: voeding en kuisproducten. Veel kuisproducten. Op een dikke 5 minuten stappen is er een Giant shop. Eigenlijk lijkt die veel op een winkel zoals je die in België zou vinden. Het enige verschil: voeding komt in veel grotere porties en pakken in Amerika. Moeilijk dus om iets op maat van één persoon die niet echt heel veel eet, te vinden. Ook is er een grote taartenafdeling en aan allerlei andere desserts ook geen gebrek. Uiteindelijk laat ik me wat gaan en zit ik voor ik het goed en wel besef met 7 zakken (en zeker die kuisproducten zijn niet bepaald licht). Tegen dat ik terug ben gewandeld naar de residentie val ik er bijna bij, maar goed, ik heb alles om verder te kunnen!
Vanuit België had ik al zoveel research gedaan waardoor ik perfect wist waar ik naartoe moest zonder nog te checken
Nadien ben ik ook naar Walmart gegaan voor een hoofdkussen (dat kon ik niet meenemen in mijn valies), kleerhangers (ja, die zijn dus niet inbegrepen in de kamers terwijl hier altijd tijdelijk studenten leven en iedereen die nodig heeft) en een deken om nog onder mijn onderlaken op de matras te leggen zodat die wat zachter ligt en ik er niet zo over dat plastiek schuif. Ik kocht ook wat decoratie in een poging de kamer wat huiselijker te doen voelen: een geurkaars en hartjesdecoratie die ik in de themarij voor Valentijn vond.
Walmart was ook een hele belevenis op vlak van winkelen. Als een klant zich hier niet geholpen voelt door het personeel mag iedereen dat horen… ‘Hellloooo, anybody working here?’ riep iemand op een sarcastische toon. Ik besefte trouwens pas als ik terug in het appartement was dat ik de hele weg op gevoel had gestapt. Ik had Google Maps zelfs niet meer gecheckt voor ik vertrok. Vanuit België had ik immers al zoveel research gedaan waardoor ik perfect wist waar ik naartoe moest zonder nog te checken. Zo zie je maar hoeveel ik er al mee bezig ben geweest…
In de namiddag ging ik uiteindelijk met twee van mijn housemates naar het Capitool. Het was ongeveer een half uurtje stappen. Het was fijn om dit eindelijk in het echt te zien, al moet ik zeggen dat mijn enthousiasme getemperd werd omdat mijn housemates zelf niet echt enthousiast leken. De straten waren wel heel leeg, wat heel raar aanvoelde om in de hoofdstad van Amerika te zijn. Blijkbaar wonen veel mensen die in de stad werken net buiten D.C. in Virginia of Maryland. In de weekends zijn de wijken met veel overheidsinstanties en andere kantoren zoals Capitol Hill daardoor een beetje verlaten. Op de terugweg stopten we in Union Station om iets te eten. Ook hier alweer moeilijk om iets naar mijn smaak en portie te vinden… Uiteindelijk ging ik voor een pannenkoek met nutella en aardbeien. Klinkt Belgisch, niet? Was de bedoeling.
Wetende dat ik mijn mama zo lang niet in het echt zal kunnen zien, breekt me vanbinnen
Nog iets verder op de terugweg zag ik opeens een Volkswagen Beetle geparkeerd staan in een voor de rest lege straat. Nét bijna volledig dezelfde als die waar mijn mama mee rijdt. Even slikken, want in mijn hoofd is een Beetle zo geassocieerd met mijn mama dat ik bijna dacht dat ik haar zou zien. Een heel moeilijk moment. De meerdere videogesprekken doorheen de dag waren ook enorm moeilijk. Wetende dat ik haar zo lang niet in het echt zal kunnen zien, breekt me vanbinnen. En dat zal nog wel een hele tijd zo blijven, ik hoop alleen dat het op termijn draaglijker wordt.
Zondag 23 januari (dag 3)
Gisterenavond had ik alvast met mijn aangekochte producten de binnenkant van de kasten/lades afgekuist en ontsmet. Het was nodig want mijn vod en doekjes waren gewoon echt vuil nadien. Met iets meer gemoedsrust kon ik er dan mijn kledij inleggen. Ik heb uiteindelijk geslapen tot 6u30, wat niet slecht was maar toch had ik een heel paniekerig gevoel. Ik ben dan maar meteen in de kuis gevlogen om mijn gedachten te verzetten. Stofzuigen (na uit te zoeken hoe die gebruikt kon worden, want dat is een heel ander model dan standaard is in België), dweilen, het venstertablet schrobben (want hier was precies nog nooit met een vod overgegaan)… You name it.
Op dit moment weet ik nog niet goed hoe dit ooit een aangename omgeving kan worden waarin ik tot rust kan komen
Uiteindelijk voelde het al properder, maar op dit moment weet ik nog niet goed hoe dit ooit een aangename omgeving kan worden waarin ik tot rust kan komen. Ik heb zo’n omgeving nodig om moed te vinden om mijn werk goed te doen. Dus hoe ga ik daarin slagen als ik geen warme thuisomgeving heb en mama ook niet bij me heb als steun? Gelukkig bestaat er videochat, want zonder die gesprekken zou ik al gek geworden zijn. En het is nu al op het randje. Het overheersende gevoel momenteel is: waarom doe ik dit toch?
Ik besef nu ook dat alles hier zal afhangen van hoe mijn stageplek meevalt, want als dat tegenzit, wat doe ik hier dan? Aan de andere kant, als het positief is, kan het mijn hele ervaring hier beter maken. Het is dus spannend afwachten wat de stage brengt. Ik ben uiteindelijk de rest van de dag in een studentenruimte met enkele zetels in de kelder gaan zitten omdat daar wel wifi was en ik toch nog enkele praktische zaken moest regelen (bv. online een US telefoonnummer kopen aangezien dat één van de vereisten is om mijn J-1 Visa te behouden). En veel tussentijdse gesprekken met mama volgden natuurlijk ook.
Ik heb hier immers niemand om echt mee te praten. Zelf geef ik aan anderen toe dat ik het nog moeilijk heb op dit moment, maar de meeste andere studenten hier wuiven dat weg of veranderen van onderwerp (waarschijnlijk hebben ze het zelf ook moeilijk maar praten ze er gewoon niet over). Ik besef daardoor nóg meer hoeveel ik aan mijn mama heb en dat ik me zonder haar verloren voel.
Maandag 24 januari (dag 4)
Vandaag was ik alweer wakker om 4u30 en die vermoeidheid doet geen goed aan mijn gemoedstoestand. Het is ook raar om met dit tijdsverschil met België te leven. Als hier de dag begint is het daar al middag gepasseerd. En op de middag hier is het daar alweer avond. Al is er ook een positief kantje: het aftellen gaat sneller in België dan hier. En ik weet dat het niet de bedoeling is om de dagen af te tellen, maar voor mij hoort dat erbij. Ik ga mijn best doen om te genieten van deze ervaring (al weet ik op dit moment nog niet hoe), maar aftellen zal altijd aanwezig blijven.
Uiteindelijk werkte de wifi sinds de voormiddag opnieuw en dat was een hele opluchting. Weten dat ik mama altijd zonder probleem kan bellen, is al een geruststelling. En het was ook net op tijd voor de online oriëntatie over het Career Readiness Program. Hiervoor zal ik doorheen het trimester allerlei opdrachten moeten maken en moet ik ook minstens 10 lessen bijwonen. In de namiddag maakten we met enkele Belgen die hier zijn en nog twee Amerikanen een wandeling door de buurt en kwam ik goed te weten wat er allemaal te doen/aanwezig is. Het voelt als een heel residentiële buurt, maar met voldoende passage en verkeer, wat het toch een stedelijk gevoel geeft.
Het blijft voorlopig moeilijk, maar mijn grote hoop is dat de stage die morgen begint toch meevalt. Alles zou een volledige ommekeer kunnen maken dan.
Meer over mijn avontuur in D.C. lees je hier:
- Dagboek Belgische studente in Washington D.C. – wat eraan vooraf ging
- Dagboek Belgische studente in Washington D.C. – #2
- Dagboek Belgische studente in Washington D.C. – #3
Volg mij ook zeker op Instagram en Facebook om updates te krijgen over mijn blog! Op Instagram deel ik bovendien meer beeldmateriaal en daar krijg je een meer visuele inkijk in mijn leven in D.C.!